Direct naar artikelinhoud
AnalyseWapenhandel

‘Iedereen is wakker geschoten’: de wapenindustrie, de enige die wint bij oorlog

Oekraïense militairen met F2000-wapens van het Belgische FN.Beeld RV

De aandelenkoersen van ’s werelds grootste wapenfabrikanten schieten al maanden de hoogte in.  De producenten profiteren, en kunnen de vraag amper volgen. ‘Iedereen is wakker geschoten.’ Ook bij ons. Al is er ook ongerustheid.

“We moeten van een vredesindustrie overschakelen naar een oorlogsindustrie”. Admiraal Michel Hofman, hoofd van het Belgische leger, verwoordde enkele weken terug wat in heel Europa al aan de gang is. 

De shift zou merkbaar zijn tot in de wapenwinkel voor consumenten. Nico Boeckx, eigenaar van Wapenhandel Nikabi, verkoopt aan sportschutters en jagers en zit met leveringsproblemen. “Bepaalde munitie, zoals de .22, is nog moeilijk te verkrijgen, volgens mij omdat het allemaal naar Oekraïne gaat. De koppen van munitie voor burgers zijn anders, maar ze gebruiken hetzelfde kruit en dezelfde primers.”

Boeckx komt geregeld bij de groothandel van wapenproducent FN Herstal en daar zag hij dit voorjaar de ene na de andere vrachtwagen vertrekken. “Naar de Poolse grens, maar dat is nu helemaal stilgevallen”, zegt hij.

FN Herstal antwoordt niet op onze vragen over de impact van de oorlog of toegenomen export naar Oekraïne, net als het Waals Gewest, de enige aandeelhouder van de Herstal Group. Waals minister-president Elio Di Rupo (PS) wil evenmin commentaar kwijt over het aantal exportvergunningen in het afgelopen halfjaar. Die cijfers verschijnen meestal met meer dan een jaar vertraging.

Vlaamse levering

Vlaanderen, waar de productie van militair materiaal beperkter is, publiceert wel elke maand verslagen met exportvergunningen. Daaruit blijkt dat er de eerste zes maanden van dit jaar voor in totaal 371,5 miljoen euro aan vergunningen is uitgereikt. Dat is nu al twee keer meer dan anders in een volledig jaar, maar het getal is vertekend door enkele vergunningen  voor honderden miljoenen in februari naar de VS en het Verenigd Koninkrijk.

Volgens het kabinet van minister-president Jan Jambon (N-VA) gaat het om vergunningen voor technologie voor de bouw van de F-35-gevechtsvliegtuigen. In het rapport van de maand april valt een vergunning op naar Oekraïne. Dat is een primeur. Navraag bij het Vlaams Vredesinstituut leert dat het de eerste Vlaamse uitvoer van militair materieel naar Oekraïne is sinds Vlaanderen deze bevoegdheid kreeg in 2003.

De Morgen kon achterhalen dat het gaat om een Vlaams staalbedrijf met een afdeling in Oekraïne. Ze bestelden bij Sioen Ballistics in Ardooie kogelwerende vesten voor hun Oekraïense collega’s. De Vlaamse producenten van dergelijke vesten zagen een sterke interesse in de eerste zes maanden van de oorlog.

Ook hier levert dat problemen op in de productieketen, zo merken ze bij Concordia Textiles in Waregem, dat gespecialiseerd is in ‘zware vezels’, onder meer voor dit soort vesten. “We zitten met langere levertermijnen, door de toegenomen vraag”, klinkt het.

De oorlog in Oekraïne vergt tonnen aan wapenleveringen uit het Westen. De Europese Unie heeft sinds de start van de oorlog voor meer dan 2,5 miljard euro aan materiaal en wapens toegezegd, ongeveer evenveel als het Verenigd Koninkrijk. De VS zouden al meer dan 8 miljard aan steun hebben geleverd.

Dat betekent extra productie voor bedrijven als Raytheon, dat de Stinger-raketten produceert, en samen met Lockheed Martin ook de Javelin-antitankraketten ontwikkelt. Beide wapensystemen speelden een belangrijke rol in het Oekraïense verzet. Die bedrijven signaleren intussen dat de productie niet kan volgen, wat nog versterkt wordt door blijvende problemen met toeleveringen door de coronapandemie.

Wapens uit België

Hoeveel wapenleveringen België naar Oekraïne tot nu toe effectief uitvoerde, is niet bekend. In februari, bij het begin van de oorlog, communiceerde premier De Croo (Open Vld) over de levering van 5.000 machinegeweren, 200 antitankwapens en 3.800 ton brandstof aan Oekraïne.

In april bereikte de regering een akkoord over de uitvoer van antitankraketten, maar dit keer mocht de premier daar niet meer openlijk over communiceren. Misschien waren er daarnaast nog leveringen, maar ons land is van mening dat het geen goed idee is om daar al te veel mee uit te pakken, bijvoorbeeld om het risico op grootschalige cyberaanvallen van Rusland te vermijden. Een bron zegt dat de laatste uitvoer dateert van ongeveer een maand geleden.

Die export kan in bepaalde gevallen de defensie-industrie ten goede komen, al zijn veel van de geleverde wapens oude stocks. Dat zou onder meer het geval zijn voor de FNC-machinegeweren die België toegaf te hebben geleverd. Vrij snel verschenen er foto’s van de FN-wapens in handen van het Oekraïense vreemdelingenlegioen.

Intussen doken er ook foto’s op van soldaten met recentere machinegeweren van FN, de F2000. Vermoedelijk kwamen ook die via ons land in Oekraïne terecht. Het biedt FN de kans om zijn slogan voor de verkoop van burgerwapens in de VS nog eens kracht bij te zetten: ‘The World’s Most Battle-Proven Firearms’.

Twitter bericht wordt geladen...

Landen die hun stocks aanboren, moeten die ook weer aanvullen, al gaat dat vaak met vertraging. Frankrijk maakte net bekend dat het achttien nieuwe Caesar-kanonnen bestelt, ter vervanging van de achttien die eerder dit jaar naar Oekraïne vertrokken.

Ook burgers zouden zich steeds meer bewapenen. Het Vlaams Vredesinstituut zag bij ons tussen 2014 en 2016, rond de aanslagen in Frankrijk en België, een sterke toename van de interesse in de schietsport. Een dergelijke piek valt nu te verwachten in de landen dichter bij Rusland.

“Sommige burgers beginnen zich onzeker te voelen door de oorlog in Oekraïne en willen zich bewapenen tegen het Russische gevaar”, zegt Nils Duquet, directeur van het Vlaams Vredesinstituut. “In landen als Polen gaan stemmen op om de wapenwetgeving te versoepelen.” 

Het Oekraïense slagveld wordt ook gebruikt om nieuw wapentuig uit te testen, zoals de Phoenix Ghost. Het bestaan van deze kamikazedrones was tot voor kort nog geheim, maar intussen leveren de VS er al 600 aan Oekraïne.

Zwarte markt

Verschillende onderzoekers hebben hun ongerustheid geuit over de vele wapens die zo in omloop komen, gesteund door enkele voorbeelden uit het verleden. Een deel van de vuurwapens bij de aanslagen in Parijs was afkomstig uit wapenfabrieken in wat destijds Joegoslavië was. Tijdens de Balkan-oorlog kwamen die wapens in omloop en nadien zijn ze op de zwarte markt beland, om zo in handen te komen van IS-terroristen.

Op dit moment circuleren al onbevestigde beelden op sociale media van bijvoorbeeld Javelins die via Oekraïne in de Balkan zijn beland. Berichten dat deze voor 30.000 dollar per stuk te koop staan op het darkweb zijn afkomstig van pro-Russische nieuwssites, maar ook het Oekraïense Agentschap voor Economische Veiligheid zegt minstens tien gevallen te onderzoeken van illegale doorverkoop van westerse wapens.

Interpol en NAVO- en EU-lidstaten maakten in juli hun ongerustheid over in Kiev. De Oekraïense regering zet nu met hulp van westerse landen een uitgebreider systeem op om wapens te controleren en op te sporen.

Naast burgerwapens en de directe leveringen aan Oekraïne zou de wapenindustrie op de langere termijn vooral meer impact moeten ondervinden van de vele beloftes van Europese lidstaten het afgelopen halfjaar om meer te investeren in defensie. Dat merken bijvoorbeeld de producenten van kogelwerende vesten al.

“Aanvankelijk waren er vooral dringende vragen vanuit Oekraïne, die we telkens wezen op de administratieve vereisten voor een export, maar intussen komen er vragen vanuit overheden verspreid over heel Europa om openbare aanbestedingen voor ballistische vesten voor te bereiden”, zegt Kristof Daels van Sioen Ballistics.

“De budgetten in Europese lidstaten zijn tien jaar lang bijna stabiel gebleven en nu hebben ze een achterstand weg te werken”, zegt Bart De Lombaerde van Seyntex. “Iedereen is wakker geschoten.”

Het moet gezegd, dat deden Europese NAVO-lidstaten wel eens eerder. Na de Russische annexatie van de Krim, in 2014, hernieuwden ze hun belofte om tegen 2024 minimum 2 procent van het bbp uit te geven aan defensie, maar bijvoorbeeld België kwam de afgelopen jaren amper boven 1 procent uit. Toch lijkt het de EU-landen dit keer menens. Er was al langer sprake van budgetverhogingen, maar de oorlog in Oekraïne bracht die in een stroomversnelling.

“Er wordt fors geïnvesteerd in Europese defensie en NAVO-landen plaatsen bestellingen”, zegt Nils Duquet van het Vlaams Vredesinstituut. “De westerse defensie-industrie zal daardoor grotere omzetten draaien. Niet enkel de vuurwapenproducenten, maar ook de producenten van onderdelen voor groter materiaal.”

Europees protectionisme

Vlak voor het politieke verlof stemde de Kamer in ons land in met de militaire programmawet, die het budget van Defensie tot 2030 met ruim 10 miljard euro optrekt. Tegen 2035 moet België dan de beloofde 2 procent van het bbp in defensie investeren. De motor van Europa, Duitsland, heeft na jaren van besparen beslist om 100 miljard euro in defensie te investeren en zo in één klap de NAVO-norm te halen én naar plaats drie te springen in de wereldrangorde van defensie-uitgaven, net achter de VS en China.

Voor het eerst in jaren ziet de industrie EU-landen fors investeren en durven politieke leiders complexloos stellen dat dit de producenten ten goede mag komen. In een speech in mei in Berlijn zei premier De Croo: “We moeten een sterkere Europese defensie-industrie bouwen, die kan concurreren met andere spelers in de wereld.”

De vrees in Europa is dan ook dat de aangekondigde investeringen vooral de VS ten goede zullen komen. Liefst 37 procent van de wapens in de wereld zijn van Amerikaanse makelij. De vijf grootste fabrikanten zijn Amerikaans en vier van hen zagen hun aandelenkoers meteen na de start van de oorlog fors klimmen ten opzichte van de S&P 500, de index van de 500 grootste Amerikaanse bedrijven. Enkel Boeing niet, maar dat zou te wijten zijn aan problemen in de luchtvaartafdeling.

“De Amerikaanse wapens zijn over het algemeen duur, maar ze zijn ook de meest geavanceerde. Ze liggen over het algemeen een generatie voor op de Europese”, zegt Yannick Quéau, directeur van GRIP, een groep die onderzoek doet naar vrede en veiligheid. “Amerikaanse bedrijven produceren op een veel grotere schaal, terwijl in Europa getalmd wordt met alternatieven.”

Alessandro Profumo, voorzitter van de Europese associatie van defensieproducenten en CEO van het Italiaanse Leonardo, riep vorige maand EU-landen niet enkel op om meer uit te geven, maar ook beter gecoördineerd. “Er is een integratieproces nodig. Dat zal niet snel gebeuren, maar het zal gebeuren.”

Het is een standpunt waar ook Europese beleidsmakers akkoord mee lijken te gaan en het hoeft niet meteen te leiden tot een centraal gecoördineerd Europees leger, maar wel tot betere coördinatie en de klemtoon op productie in de EU. Wat je ook protectionisme kan noemen. “De VS hebben vier types oorlogsschepen, Europa heeft er dertig”, zei premier De Croo in mei. “Dat geldt ook voor tanks en vliegtuigen. Deze fragmentatie verzwakt onze defensiebudgetten en dat moeten we omkeren.”

Het gevolg van al deze aankondigingen is dat beleggers ook Europese defensiebedrijven steeds meer lusten. Het Duitse Rheinmetall noteert al een heel voorjaar zijn hoogste koers ooit, net als het Franse bedrijf Thales. Aandelen van het Britse BAE zijn 40 procent meer waard dan in januari.

“Op de lange termijn profiteren deze bedrijven van de hogere budgetten voor defensie, maar deze landen worden ondertussen met nog een ander probleem geconfronteerd: de inflatie”, zegt Jean-Pierre Maulny, adjunct-directeur van het Franse Instituut voor Internationale en Strategische Zaken. “Ook de huishoudens zullen steun nodig hebben en ik ben benieuwd wat er komt van de vele aankondigingen wanneer we de winter naderen. De huidige prioriteiten zijn over enkele maanden misschien niet meer prioritair.”