Direct naar artikelinhoud
InterviewMaaike Cafmeyer

Actrice Maaike Cafmeyer: ‘Ik heb beslist: ik ga hier niet aan ten onder’

‘Ik ben met woorden mishandeld, verkracht en vermoord. Mijn man en dochters zijn door het slijk gehaald. Je hebt geen idee wat dat allemaal doet met een mens. Geshamed worden op het internet kan je echt breken.’Beeld Damon De Backer

Vanaf zondagavond doet Maaike Cafmeyer (49) in de Eén-reeks Chantal weer waar ze zo goed in is: u doen hikken van het lachen. Ondertussen balsemt ze de wonden die het proces-De Pauw heeft geslagen. ‘Ik heb eindelijk mijn veerkracht teruggevonden.’

In de categorie ‘weetjes waarmee u doodlopende gesprekken kunt reanimeren’: Maaike Cafmeyer maakte haar acteerdebuut als Mike Cafmeyer. In 2000 was dat, in de Theater Malpertuis-versie van Samuel Becketts Wachten op Godot. De erven Beckett hadden contractueel bepaald dat de personages van het stuk under no circumstances door vrouwen vertolkt mochten worden. Vier personages, vier mannen: zo had vader Beckett het gewild.

Maar de Vlaamse regisseur van Wachten op Godot, wijlen Sam Bogaerts, had lak aan de gendervoorkeuren van Beckett: er was bijna een halve eeuw verstreken sinds Godot voor het eerst was opgevoerd, hoog tijd om de cast een oestrogeeninjectie te geven, vond hij. Hij gaf de pas afgestudeerde Maaike Cafmeyer de rol van Lucky, veranderde haar naam zonder toestemming van een genderpsycholoog in Mike Cafmeyer, tekende op haar persfoto een treiterig snorretje en ging ervoor.

“Veertig voorstellingen lang is dat goed gegaan”, vertelt Maaike Cafmeyer. “Tot een recensent van de Volkskrant een stuk schreef met de titel ‘Wachten op Godot, mét actrice’. Toen was het om zeep. De erven Beckett huurden een advocaat in die moest komen vaststellen dat Lucky wel degelijk gespeeld werd door een jonge actrice in een minirok. Niet veel later kreeg Malpertuis te horen dat het voor elke Godot-voorstelling waarin ik nog zou aantreden een belachelijk hoge dwangsom zou moeten betalen. Exit Mike Cafmeyer, dus. Mijn carrière als man was al voorbij nog voor ze goed en wel begonnen was.”

Ze veinst teleurstelling, ik zeg dat ze zich in Godot maar een baard had moeten laten aanmeten, zoals mezzosopraan Cecilia Bartoli in Ariodante van Händel. “Dan had ik er voor mijn eerste rol als Conchita Wurst uitgezien”, lacht ze. “Ik weet niet of dat anno 2000 zo’n goeie carrièremove was geweest.”

We kennen elkaar amper tien minuten, maar de verbale aftastingsronde lijkt al achter de rug. Cafmeyer ziet er relaxter uit dan een halftijds werkende yoga-instructrice die zichzelf bij wijze van stresspreventie een hotstonemassage cadeau heeft gedaan. De voorbije weken bracht ze door in Languedoc-Roussillon, vlak bij Montpellier, waar ze samen met echtgenoot Frans en dochters Martha en Bess in het vakantiehuis van haar overleden grootvader logeerde. En dat heeft mooie herinneringen doen opborrelen.

Maaike Cafmeyer: ‘Ooit was ik een meisje van de middenweg: een pleaser die iedereen te vriend wilde houden. Vandaag rij ik op het linkerrijvak. Met tweehonderd per uur.’Beeld Damon De Backer

“Mijn grootvader was een fenomenaal figuur. Hij was bakker, maar wilde eigenlijk acteur worden: na zijn uren in de bakkerij volgde hij les aan het conservatorium in Gent. Op een gegeven moment heeft hij zijn bakkersmuts aan de haak gehangen en geprobeerd om professioneel acteur te worden. Dat is hem niet gelukt – wat hij als acteur verdiende, volstond lang niet om zijn acht kinderen te onderhouden – maar hij heeft wel in verschillende voorstellingen geacteerd. Ik heb nog altijd een foto van hem als Oedipus, zijn lievelingspersonage.

“Nadat hij onder ogen had gezien dat hij niet de nieuwe Julien Schoenaerts ging worden, koos hij voor een job als leraar dictie. In zijn vrije tijd blies hij het amateurtoneel van Torhout nieuw leven in. Hij heeft veel mensen, onder wie mij, de liefde voor toneel en literatuur bijgebracht. Mijn opa is gestorven in 1995, maar heeft mij nog net naar het conservatorium zien vertrekken. Voor hij zijn laatste adem uitblies, zei hij: ‘Gij gaat deftig moeten leren klappen, want anders gaat dat echt niet lukken met u.’” (lacht)

Deftig klappen doet Maaike Cafmeyer 27 jaar later nog altijd niet: in Chantal, de spin-off van Eigen kweek die vanaf zondag op Eén te zien is, geeft ze in volmaakt West-Vlaams opnieuw gestalte aan politieagente Chantal Vantomme. Alleen is Vantomme dit keer geen personage in de periferie meer, maar de onbetwiste heldin. Ik vraag wat scenarist Mathias Sercu ervan overtuigde dat hij op de frêle schouders van Chantal Vantomme een hele reeks kon neerpoten.

“Mathias hield van het je-m’en-foutisme van Chantal: ze heeft schijt aan wat anderen denken en is ongevoelig voor sociale druk. Dat schept scenariotechnisch veel mogelijkheden, natuurlijk. Eigenlijk is Chantal mijn volmaakte tegenpool. Ik ben empathisch en wil het anderen naar de zin maken. Daar heeft Chantal allemaal geen last van.” (lacht)

Chantal gaat over een vrouw die in een mannenwereld terechtkomt – het wijkcommissariaat van het fictieve dorpje Loveringem – en daar moet opboksen tegen patriarchale machtsverhoudingen. Het is moeilijk om in die premisse geen overeenkomsten te zien met een zaak waarin negen vrouwen de strijd aanbinden tegen een machtige regisseur met een grensoverschrijdende persoonlijkheid.

“Mm. Dat zie ik toch anders. Chantal Vantomme belandt in een politiecommissariaat waar al tweehonderd jaar niks meer veranderd is. ‘Vanaf nu ben ik hier de baas’, zegt ze. Waarop alle mannelijke politieagenten het hoofd schudden en zeggen: ‘Dat zal niet waar zijn.’ Chantal gaat dus over veranderende tijden, niet over toxische relaties. Het onderwerp van de reeks is niet ‘mannen versus vrouwen’, maar wél: mensen die toenadering tot elkaar zoeken. Die elkaar proberen te begrijpen, die tot een modus vivendi trachten te komen. Het is fijn dat Chantal door een man geschreven is. Dat zal ons hopelijk al dat vermoeiende wij-zijgedoe besparen. Mathias zal niet zo gauw een feministisch zeikwijf genoemd worden.” (lacht)

In het persbericht wordt Chantal aangekondigd als een reeks ‘met een serieuze Westhoek af’. Het was tijd om uw innerlijke comédienne nog eens aan te spreken?

“Ja. Ik word de laatste tijd iets te vaak naar mijn zin in een politieke, of in ieder geval feministische hoek geduwd. Maar ik ben ben niet activistisch, ik ben niksistisch. Ik wil de mensen gewoon nog eens doen lachen. Ze hebben dat nodig. En ik ook. (lacht) Ik las dat onze kunstscholen nog nooit zoveel leerlingen hebben gehad. Dat geeft aan dat we meer dan ooit behoefte hebben aan schoonheid en troost.”

Chantal bevestigt wat ook Bevergem, Eigen kweek en Nonkels al overtuigend demonstreerden: West-Vlaams is op tv het nieuwe Antwerps geworden.

“Daar lijkt het op, ja. Tot de kijkers ook het West-Vlaams beu zullen zijn en het de beurt is aan het Limburgs. (lacht) Ik hou van series waarin dialect gesproken wordt: ik vind ze doorgaans waarachtiger. Mijn man is een Nederlander. Als hij Vlaamse acteurs algemeen Nederlands hoort praten, zegt hij altijd: ‘Schei toch uit. Op café praten jullie heel anders.’”

Ella Leyers sprak vorige week in Humo over ‘de cirque rond acteren’: de castings, de vroege calls, het vele wachten,... Ze zei: ‘Ik kijk met ontzag naar collega’s die 50 of 60 zijn en nog steeds met diezelfde energie en passie naar een set rijden.’ U bént bijna 50: trekt ú nog met dezelfde energie naar een set?

“Ja. En daar moet ik niet eens mijn best voor doen. Ik acteer enorm graag. Al besef ik dat ik in een luxepositie zit: ik kan uitsluitend projecten kiezen die iets voor me betekenen. Vroeger speelde ik soms louter om brood op de plank te krijgen. Vandaag kan ik aanbiedingen divagewijs afslaan. (lacht) Maar ik ga nog altijd naar castings. En ik word nog altijd afgewezen. Zelfs voor de rol van Chantal in Eigen kweek ben ik vier keer moeten teruggaan. Pas toen ik de regisseur op het hart drukte dat hij mij gerust een ander kapsel en een andere kont mocht geven – dat hij mij met andere woorden lelijk mocht maken – was hij overtuigd.”

Zondagavond wordt de eerste aflevering van Chantal uitgezonden. Dat u de hoofdrol speelt in een zondagavondreeks: betekent dat nog iets voor een actrice met uw staat van dienst?

“Ik ben daar best trots op, ja. Maar het belangrijkste voor mij is dat ik nog altijd acteer. Dat ik mijn job niet heb opgegeven. De afgelopen jaren heb ik vaak gedacht: het hoeft niet meer voor mij. Ik heb ernstig overwogen om een job in de hulpverlening te zoeken. Maar ik heb op tijd beseft dat ik té graag speel. Vandaag ben ik blij dat ik mijn acteercarrière niet heb weggegooid.”

U wilde wellicht niet stoppen met acteren, maar ontsnappen aan de openbaarheid.

“Eigenlijk wel, ja. Ik ben publiekelijk afgemaakt op een moment dat ik mij enorm kwetsbaar opstelde. Ik heb mails gekregen van mensen die mij iets wilden aandoen. Iedereen zei: ‘Laat je niet doen, Maaike. Blijven spelen.’ Maar dat is natuurlijk gemakkelijk gezegd als je het niet zelf moet doen.”

De sfeer slaat om. Hoewel de Antwerpse zomeravond nog altijd even mooi is, neemt de bewolking in het hoofd van Maaike Cafmeyer toe. Ze vertelt hoe diep ze de voorbije jaren heeft gezeten. Hoe wanhoop een tijdlang haar dagelijkse compagnon is geweest. En hoe ze er nog altijd een dagtaak aan heeft om de brokstukken van haar hart weer aan elkaar te lijmen.

Voor wie het om redenen die niemand zal begrijpen gemist heeft: in het stalkingproces tegen televisiemaker Bart De Pauw was Maaike Cafmeyer een van de negen vrouwen die zich burgerlijke partij hadden gesteld. De Pauw werd door de rechtbank van Mechelen veroordeeld tot een celstraf van zes maanden met uitstel, Cafmeyer door een deel van de publieke opinie tot het slikken van een eindeloze stroom van verwensingen.

“Ik ben vernederd, bedreigd en uitgelachen. Ik ben weggezet als een op geld beluste aandachtshoer of een hoer tout court. Ik ben met woorden mishandeld, verkracht en vermoord. Mijn man en dochters zijn door het slijk gehaald. Je hebt geen idee wat dat allemaal doet met een mens. Geshamed worden op het internet kan je echt breken. Er zijn mensen die daardoor uit het leven stappen. En ik kan niet zeggen dat ik dat volkomen onbegrijpelijk vind.”

(na een stilte) “Gelukkig heb ik op een gegeven moment mijn veerkracht teruggevonden. En heb ik beslist: ik zal hier níét aan ten onder gaan. (slaat met de handen op tafel) Niet, niet, niet. (na een nieuwe stilte) Blijkbaar heb ik een ingebouwd verdedigingsmechanisme tegen vernedering. Als jong meisje deed ik ooit mee aan een welsprekendheidstoernooi. De presentator van dienst zeikte mij op het podium keihard af. Hij zei dat je aan elk woord dat ik uitsprak, kon horen waar ik vandaan kwam. Mijn oom, die in de zaal zat, was verbouwereerd. Maar tegelijk glunderde hij ook: hij zag dat ik me door de beledigingen van de presentator niet uit mijn lood liet slaan. Ook toen al had ik kennelijk iets van: ‘Mij krijg je niet kapot, vriend.’”

'Ik kan niet leven in melancholie. Ik moet geluk kunnen ervaren.’Beeld Damon De Backer

Wat maakt het negeren van trollen zo moeilijk? Hun mails zijn vaak manifest krankzinnig. Helpt dat niet om er met een laconiek schouderophalen op te reageren?

“Ik kan een trolbericht in eerste instantie best wel relativeren. Zeker als ik me de auteur van zo’n bericht voorstel als een vieze man met rotte tanden, plakvingers en een belachelijk dikke bril. (lachje) Maar na een tijdje komen de vragen. Hoe ben jij aan mijn e-mailadres geraakt? Hoe ben jij iets te weten gekomen waar alleen mijn intimi van op de hoogte zijn? Waarom kan de politie niet achterhalen wie jij bent? En beetje bij beetje word je toch bang.

“Dreigmails zijn sluipmoordenaars: ze banen zich langzaam maar zeker een weg naar je hart, waar ze steevast schade aanrichten. Een paar weken geleden gaf ik een interview aan De Standaard. Onmiddellijk waren de raven en de ratten weer van de partij. Frans heeft op de sociale media een aantal posts gelezen. Toen ik hem wit zag wegtrekken, heb ik beslist: ik lees niks meer. (na een stilte) Gelukkig hoor ik dat er steeds meer corrigerende reacties van andere mensen komen. Dat de stille menigte steeds minder stil is. Dat doet deugd.”

Als u de grenzen van uw empathisch vermogen maximaal oprekt, begrijpt u dan wat uw belagers bezielt?

“Ik denk dat ze vinden dat wij, de vrouwen die zich in het proces-De Pauw burgerlijke partij hebben gesteld, hen iets hebben afgepakt. Te weten: hun beeld van Bart De Pauw als ideale schoonzoon en sympathieke televisiemaker. Ze hebben het gevoel dat wij hen mordicus van hun geloof willen doen vallen en ze verzetten zich daartegen.

“Tot op zekere hoogte kan ik daar nog begrip voor opbrengen. Ook wij, de vrouwen, hebben in het verleden met tegenzin ons beeld van Bart moeten bijstellen. Ook wij vonden het ontredderend om te moeten vaststellen dat hij twee gezichten heeft. Maar dat betekent niet dat hij niet op zijn gedrag hoort aangesproken te worden.”

Toen u in oktober 2017 aan de preventie-adviseur van de VRT ging melden dat Bart De Pauw zich schuldig had gemaakt aan allerlei vormen van grensoverschrijdend gedrag, ging u ervan uit dat uw aangifte binnenskamers zou worden behandeld. Als u toen had geweten dat De Pauw de zaak zélf publiek zou maken, had u dan ook aangifte gedaan?

“Nee. Ik heb een groot rechtvaardigheidsgevoel, maar ik ben geen masochist.”

Bart De Pauw werd veroordeeld tot zes maanden cel met uitstel voor de belaging van vijf vrouwen. U was geen van hen en kreeg van de rechtbank dus niet het statuut van slachtoffer. Was dat een teleurstelling?

“Nee. Ik was vooral opgelucht dat de rechtbank erkende dat Bart ernstige en strafbare fouten heeft begaan. Dat mijn eigen verhaal niet tot een veroordeling heeft geleid, is bijkomstig. Ik wist op voorhand dat de rechtbank in een aantal gevallen, waaronder het mijne, wellicht zou oordelen dat er onvoldoende bewijsmateriaal was. Maar dat wil niet zeggen dat mijn verhaal niet geloofd is. In het vonnis staat zwart op wit: ‘Het is niet zo dat we de andere vrouwen ongeloofwaardig vinden. Ze hebben alleen onvoldoende bewijzen voor een veroordeling.’”

‘Mijn grootste angst is dat ik mijn verhaal niet verteld krijg’, zei u in De Standaard. Wat maakt uw verhaal zo moeilijk om te vertellen?

“Dat het niet eenduidig, maar complex is. Dat ik er ook mijn eigen blindheid een plaats in moet geven. Maar vooral: dat er aan de overkant van de tafel iemand zit die voortdurend zegt: ‘Wat niet bewezen kan worden, is niet waar.’ Tegen zo’n verregaande schaamteloosheid kun je niet op. De Chinese wijsgeer Mencius zei: ‘Schaamteloosheid is de schaamte van wie alle schaamte heeft verloren.’ Dat is de nagel op de kop. Liegen is niet alleen: een onjuist verhaal vertellen. Liegen is in dit geval ook: iemand anders de kans ontnemen om wél het juiste verhaal te vertellen.”

‘Ik ben niet activistisch, ik ben niksistisch. Ik wil de mensen gewoon nog eens doen lachen. Ze hebben dat nodig. En ik ook.’Beeld Damon De Backer

Wat u wellicht moeilijk uitgelegd krijgt, is dat u zich door Bart De Pauw hebt laten manipuleren. En dat u na zijn grensoverschrijdend gedrag toch altijd met hem bent blijven samenwerken.

“Dat we zolang zijn blijven samenwerken, is volstrekt logisch: ik heb wat er gebeurd is jarenlang verdrongen. Ik wilde er mijn leven niet door laten bepalen, ik wilde sterker zijn dan dat. Maar toen ik in 2017 hoorde dat er wéér een jonge vrouw aan het gedrag van Bart ten onder aan het gaan was, móést ik wel iets doen. Dat heeft niks met rancune te maken, zoals hier en daar beweerd is, maar alles met het feit dat ik mezelf niet meer in de spiegel had kunnen aankijken als ik toen gezwegen had.”

Hebt u uw verhaal aan uw intimi verteld gekregen?

“Absoluut. Met de billen bloot. Maar de schaamte die je voelt omdat je moet toegeven dat je onnozel, naïef en ziende blind bent geweest, daar kun je mee dealen. Ik hoop dat mensen die iets gelijkaardigs hebben meegemaakt dat beseffen. Schaamte kun je overwinnen. Het hoeft je leven niet te verwoesten.”

In hoeverre hebt u Bess en Martha, uw dochters van respectievelijk 10 en 12, kunnen uitleggen wat er aan de hand was?

“Dat was ontzettend moeilijk. Ik heb hen uitgelegd dat het niet hun taak was om mijn verdriet weg te nemen. Dat ik er ben om hún verdriet te verzachten, niet omgekeerd. Voorts heb ik gezegd: ‘Lieve schatten, ik kan jullie ten diepste niet vertellen wat er gebeurd is. Maar als jullie ouder zijn, ga ik dat wél doen.’ Dat hebben ze aanvaard.”

De verhoopte catharsis na het proces is bij u uitgebleven. U staat naar eigen zeggen nog maar aan het begin van uw verwerkingsproces. Wat hebt u nodig om deze zaak met een min of meer bevrijd gemoed te kunnen klasseren?

“Heel eenvoudig: een oprechte sorry krijgen.”

Helaas: het ziet er niet naar uit dat u die ooit gaat krijgen.

“Inderdaad. En daar moeten wij, de slachtoffers, mee leren leven. Maar ook dat zal wel lukken. Wij zijn niet van plan om te blijven treuren. Wij zijn vastberaden om opnieuw gelukkig te worden.”

‘Risk joy, in the raw wind of the new world’, zoals Louise Glück schrijft in ‘Snowdrops’, het gedicht dat u zo koestert.

Risk joy: natúúrlijk. Wat moet je anders? Settle for sadness? Dat is toch geen alternatief? Ik kan niet leven in melancholie. Ik moet geluk kunnen ervaren en andere mensen gelukkig kunnen maken. En ik ben er zeker van dat me dat opnieuw gaat lukken. Ondanks alles hebben de voorbije vijf jaar me sterker gemaakt. Ik zeul niet langer geheimen met me mee, ik ben niet langer iemand die haar mond houdt. Dat is pure winst.

“Ooit was ik een meisje van de middenweg: een pleaser die in de beste West-Vlaamse traditie iedereen te vriend wilde houden. Want: ‘Je weet maar nooit of je elkaar nog gaat tegenkomen.’ Vandaag rij ik op het linker rijvak. Met tweehonderd per uur. Dat is beangstigend, maar ook enorm bevrijdend.”

Volgend jaar wordt ze 50: een leeftijd waarop scheurtjes in gewrichtsbanden even gewoon zijn als cokerestjes in Antwerpse neusgaten. Maar vooral: een leeftijd die aanzet tot het maken van bucketlists. Niks zo erg als een hoofd waarin meer herinneringen wonen dan vooruitzichten. Heeft Maaike Cafmeyer haar leven al op de spreekwoordelijke weegschaal gelegd?

“Ja, en eerlijk: ik ben blij dat ik bijna 50 ben. De bagage die ik de voorbije halve eeuw heb opgedaan, laat me toe om betere keuzes te maken. En ook al zie ik in de spiegel niet langer het meisje dat ik vroeger was, ik heb nog altijd haar onbevangenheid. Haar drang naar nieuwe ervaringen. Als je je niet langer openstelt voor nieuwe avonturen, heb je het leven de facto opgegeven.

“Ik denk dat ik volgend jaar maar eens een groot verjaardagsfeest geef. Dat zeg ik al sinds mijn dertigste, maar het is er nog nooit van gekomen. Mijn vrienden lachen daarmee. ‘Wij wachten al twintig jaar op een feest’, zeggen ze. (lacht) Maar ik heb het gevoel dat dit een goed moment is om het leven nog eens te vieren. Plus: het is tijd dat mijn dochters nog eens een fuivende mama zien.”

Het moederschap was een rol waar ze niet nadrukkelijk naar gehengeld heeft: haar kinderwens was veeleer bescheiden. Maar eenmaal geboren, deden Martha en Bess al haar zorgende instincten ontwaken.

“Ik moeder ontzettend graag. Ik stop niet bij ‘Dag schat, hoe was je dag?’, ik vraag dóór. ‘Wat was het leukste moment van je dag?’ ‘En wat het stomste?’ ‘Als je je dag een rapportcijfer zou moeten geven, wat zou dat dan zijn?’ Ik denk dat mijn dochters mijn nieuwsgierigheid bij momenten kotsbeu zijn. Zoals elke mama ben ik de zaag geworden die ik nooit wilde zijn. (lacht) Dat je je kinderen uit liefde en bezorgdheid de oren van het hoofd zeurt: het is blijkbaar onvermijdelijk.”

‘Ik ben blij dat ik bijna 50 ben. En ook al zie ik in de spiegel niet langer het meisje dat ik vroeger was, ik heb nog altijd haar onbevangenheid.’Beeld Damon De Backer

Columnist Mark Coenen bedacht vorig weekend het woord ‘ouderschaam’: ‘Het gevoel, nee de wetenschap, dat je ouders duffe relieken uit het verleden zijn, die krampachtig proberen om bij te tijd te blijven, daar jammerlijk in mislukken en door hun belachelijk aanstellerige gedrag je eigen leven schier onmogelijk maken.’ Zijn Martha en Bess al getroffen door ouderschaam?

(lacht) “Nog net niet, denk ik. Wat niet wegneemt dat het generatiekloofje tussen ons stilaan zichtbaar wordt. Onlangs kondigde Martha aan dat ze met skin care ging beginnen. Ik zei: ‘Skin care? Are you fucking kidding me? Je bent 12. Je huid zal nooit meer mooier worden dan ze nu is.’ Weet je wat ze antwoordde? ‘Mama, alsjeblieft, niet zo pessimistisch.’” (lacht)

Wat wil u uw dochters prioritair meegeven?

“Dat het waanzinnig belangrijk is om tegen andere mensen te zeggen wat je denkt en voelt. Dat dat zelfs een voorwaarde is om vrij te kunnen zijn. Zelf heb ik mijn emoties decennialang verborgen. Die vertraging wil ik mijn dochters besparen. Al zegt Frans dat dat ijdele hoop is. Dat kinderen zélf beslissen of ze iets oppikken of niet. Ik vrees dat hij gelijk heeft.” (glimlacht)

Zijn Frans Grapperhaus en Maaike Cafmeyer na alles wat ze hebben meegemaakt een koppel voor de eeuwigheid?

“Dat weet ik niet. Frans en ik hebben altijd tegen elkaar gezegd: het kan morgen gedaan zijn. Hij is het enige lief aan wie ik nooit onvergankelijke liefde beloofd heb. En toch zijn we al bijna twintig jaar samen. We kunnen dus wel tegen een stootje. Al weten we natuurlijk niet welke beproevingen ons nog te wachten staan. Je maakt als koppel maar beter geen aanspraken op eeuwigheid, denk ik.”

Hoe ziet echte liefde eruit?

“Je moet in een relatie de lelijkste versie van jezelf kunnen zijn. Als er daarna nog van je gehouden wordt, is er liefde in het spel. Ook belangrijk: je moet twee verschillende mensen kunnen blijven. Ik heb in mijn leven nog nooit iemand gekend die mij zo vrij laat als Frans. Regelmatig verzekert hij me: ‘Ik ga niet altijd akkoord met wat je zegt, maar ik ben bij je.’ Dat is ongelooflijk fijn om te horen. En het klopt ook: Frans is fundamenteel bij mij.”

‘Ik heb bedrogen en ik ben bedrogen’, zei u ooit in Humo. Is gehavende liefde sterkere liefde?

“Ik weet niet of het sterkere liefde is. Maar het is wel intensere liefde. En intensiteit is lekker.” (lacht)

We praten nog even over de toekomst, en of daar wel of niet naar uitgekeken moet worden. Binnen een dikke week begint in de ondernemingsrechtbank van Brussel het proces waarin Bart De Pauw 12 miljoen euro eist van de VRT. Hoewel Maaike Cafmeyer in dat proces aanklagende noch verdedigende partij is, weet ze nu al dat ook die rechtszaak van haar mailbox weer even een beerput zal maken. Ik wil haar alvast moed inspreken, maar ze verrast me met een heerlijke ongerijmdheid.

“Voor veel mensen is de gedachte dat het ergste nog moet komen deprimerend. Maar mij maakt die gedachte juist gelukkig. Want als het ergste nog moet komen, is het heden goed. En dat besef helpt me om voluit van het moment te genieten.”

Een redenering die zó in Wachten op Godot kan, zeg ik voor ze opnieuw naar Gent rijdt.

Chantal, vanaf 4 september om 21 uur op Eén.

Maaike Cafmeyer

• geboren in Torhout op 27 maart 1973

• studeerde woordkunst aan het conservatorium van Gent

• debuteerde als theateractrice met het NTGent

• speelde mee in tv-series zoals Het geslacht De Pauw, Aspe, Code 37, Eigen kweek en De twaalf

• won in 2019 de Ensor voor beste actrice

• was een van de negen vrouwen die zich burgerlijke partij stelden in het proces tegen televisiemaker Bart De Pauw

• is samen met de Nederlandse cellist Frans Grapperhaus

• heeft twee dochters: Bess (10) en Martha (12)